Altijd al zelf met een vliegtuig willen vliegen? Dat kan ook zonder een zware pilootopleiding te doorploeteren. Vliegclub Aero Club Brugge organiseert jaarlijks initiatiedagen voor wannabe piloten. Tess, haar lief Tom en ik gingen van de grond vanop het gezellige vliegveld van Ursel. “Zie je wel dat het poepsimpel is”, aldus onze begeleider.
Vandaag zijn we in de meer dan capabele handen van instructeur Robert Crets. Deze gepensioneerde F16-piloot leerde tijdens zijn militaire carrière o.a. Frank De Winne en Anne-Marie Jansen met de straaljagers vliegen. Daarnaast bouwde Robert zelf vliegtuigen. Geen F16’s, maar kleinere ULM’s. Met dit soort ultralichte tweepersoonsvliegtuigjes zullen wij ook opstijgen.
Vliegen voor dummies
Een voorbereid piloot is er twee waard. Zelfs de meest ervaren piloten bereiden elke vlucht grondig voor. Daarom geven Robert en zijn gepassioneerde clubgenoten ons een ‘Vliegen voor dummies’. We leren enkele basics over reglementen, radiocommunicatie, aerodynamica, vliegtechniek, navigatie, meteo, motoren en instrumenten. Want zoals je wel weet, staan er flink wat metertjes op een vliegtuigdashboard. Meer dan voldoende om een leek meteen in paniek te doen slaan.
Gelukkig houdt copiloot Robert alle metertjes in de gaten tijdens onze vlucht. Hij verzorgt tegelijk de radiocommunicatie en stuurt letterlijk en figuurlijk bij waar nodig zodat we de navigatieregels respecteren. Want in de lucht mag je niet zomaar wat vliegen. Je ziet ze niet, maar er zijn wel degelijk snelwegen en afritten. Zelfs aan voorrang van rechts is helaas geen ontsnappen.
Net als in de auto
Zodra de motor oorverdovend ronkt, mag ik vertrekken. Net als een auto heeft een vliegtuig pedalen, twee in dit geval. Daarmee stuur ik het vliegtuig links of rechts terwijl het op de tarmac bolt. Zodra ik ‘plankgas’ geef en dus de pedaal volledig induw, maakt het een scherpe bocht richting opstijgpositie. “Focus je op de gele lijn en probeer daarop te blijven”, hoor ik Robert zeggen door de speakers van mijn koptelefoon. “Oké, we mogen opstijgen! Trek de joystick maar heel lichtjes naar je toe.”
Omdat die joysticks heel gevoelig zijn, beweeg ik er maar een centimetertje mee. En voor ik het goed en wel besef, zijn we al van de grond. “Gemakkelijk hé”, roept Robert enthousiast. “Zie je wel dat het poepsimpel is om met een vliegtuig vliegen.” Ik moet hem gelijk geven. Nooit gedacht dat het me zo sterk zou doen denken aan autorijden.
Van overkop tot motor uit
Al is het zoveel fenomenaler dan dat. Nadat ik aan de wind overgeleverd was tijdens een skydive en een ballonvaart, heb ik nu zelf het stuur in handen. Wat voelt dat heerlijk! Ik vlieg recht door de wolken met mijn gigantische metalen vleugels. De wolkensliertjes krullen weg langs het vliegtuig. “Heb je zin om eens overkop te gaan?”, vraagt Robert. Ik twijfel geen seconde, waarop we eerst langs links en daarna langs rechts rondtollen. Het bloed stijgt naar mijn hoofd. Mijn maag protesteert steeds meer. Maar wat geeft het een kick!
Ik ben er nog niet van bekomen als Robert vraagt: “Zullen we de motor eens uitschakelen in volle vlucht en zien of we uit de lucht vallen?” Ik vermoed dat het een grap is en antwoord ironisch: “bwa ja, waarom niet.” Spoiler alert: hij meent het. Gelukkig weet Robert maar al te goed dat vliegtuigen niet zomaar uit de lucht vallen als je de motor uitzet. We dalen wel lichtjes. Het voelt alsof ik in een zweefvliegtuigje zit. Na enkele seconden wordt die heerlijke stilte opnieuw onderbroken door het motorgeratel.
Spectaculair zicht
Het mooiste van deze vlucht blijft toch wel het uitzicht. Aan de rand van de horizon verschijnt een feloranje gloed die zonsondergang inzet. De zon weerspiegelt in de zee die zich voor ons uitstrekt. “Zie je die boten op het water? Daar ligt Oostende”, zegt Robert. Aan de andere kant van de kustlijn, duiken Zeebrugge en het Zwin op. “Kijk eens uiterst rechts. Achter die windmolens zie je rookpluimen. Zie je ze? Dat is de kerncentrale van Doel.” Ik ben onder de induk. “Wauw, het lijkt alsof we uitkijken over half België!”, concludeer ik enthousiast. Wat. Een. Panorama.
Helaas kunnen we niet blijven hangen. Na een halfuur is het tijd om rechtsomkeer te maken. We werken ons rondje om het vliegveld af zodat de neus van het toestel zich al naar de landingsbaan richt. Zodra onze voorganger geland is, mogen wij ook de procedure inzetten. Voor het landingsgestel zorgt Robert. Mijn taak is om de joystick lichtjes naar voren te duwen en dat aan te houden. Het toestel zakt heel zachtjes naar de grond. De tarmac komt steeds dichterbij, maar nog voordat ik kan denken dat het nu wel heel dicht komt, voel ik de wielen de grond raken. We zijn er al?!
Enthousiaste piloten
Tess en Tom zijn eveneens enthousiast na hun vlucht. “Ik heb zonsondergang meegemaakt! Het was heel mooi, maar het felle licht maakte onze landing moeilijker. We zagen de landingsbaan nog amper”, vertelt Tom. “Bij mij stond er ineens vlak voor ons een regenboog. Dat was prachtig om te zien. En toen ik naar beneden keek, zag ik fietsers van een speldenkop groot”, zegt Tess die schijnbaar helemaal betoverd is door de regenboogmagie. Of heeft de pilotenpassie haar te pakken?
Als dat ook bij jou het geval blijkt, kan je na de initiatie bij Aero Club Brugge starten met een volwaardige pilotenopleiding. Die bestaat uit een theoretisch en praktisch gedeelte. Het eerste duurt pakweg 5 maanden. En zodra je 35 vlieguren op de teller hebt, mag je opstijgen richting eindexamen. Het kostenplaatje bedraagt pakweg 7.000 euro (huur ULM en begeleiding inbegrepen).
Waar? Aero Club Brugge, Ursel (Knesselare)
Wanneer? Jaarlijks in september en mei. In 2022 gaat het door op 21 en 22 mei.
Prijs? Vanaf 50 euro per persoon, lunch en drank inbegrepen.
Meer info? aeroclub-brugge.be
Ongewone weken 