Ooit al gehoord van ‘urbexen’? Dat staat voor ‘urban exploring’, kortom oude leegstaande gebouwen verkennen. De wereld der urbexers zit ondergronds en telt vele geheimen. Geheimen die ik samen met Kristof van medialab Project Wolf heb proberen te ontdekken – een titanenwerk!
Kristof en ik zijn niet aan ons proefstuk toe. Eind 2016 gingen we al eens op verkenning in het Mechels spookhotel, een bouwwerf in een bos die tientallen jaren geleden verlaten werd. Onze ontdekkingstocht was razend spannend en leverde leuke plaatjes op, maar écht urbexen was het niet. We vonden het gebouw gewoon op Google Maps.
Bovendien is niet elk verlaten gebouw een urbexlocatie. Een goede urbexlocatie werkt als een tijdscapsule, waarbij je in het verlaten gebouw een blik krijgt op hoe het leven er vroeger uitzag. Soms lijkt het wel dat de bewoner na zelfs 50 jaar leegstand nog elk moment kan thuiskomen. Urbexfotografen delen de machtigste beelden waarop je vaak ook de natuur het gebouw terug ziet overnemen.

Tegelijk heeft urban exploring een duistere kant, want eigenlijk is het een vorm van inbreken en dus is het in principe strafbaar. Niet zelden worden bewakers of alarmsystemen ingeschakeld om urbexers op afstand te houden. Urbex kan met andere woorden gevaarlijk zijn – zeker als je denkt aan de vervallen staat van de gebouwen. Je weet nooit op voorhand wat of wie je binnen tegen gaat komen…
De eerste fout die we gemaakt hebben bij het plannen van onze trip: ervan uitgaan dat we via Google wel een lijst zouden kunnen vinden met alle locaties en de adressen. Niets is minder waar. Wie begint te zoeken naar mooie urbexfoto’s zal merken dat urbexers namen gebruiken die niet echt bestaan. Zo wilden we naar het prachtige Chateau Wolfenstein, dat naar verluidt ergens in Wallonië zou liggen. Maar Chateau Wolfenstein bestaat enkel in het urbexmilieu. De echte naam van het kasteel wordt angstvallig geheim gehouden. Het gebeurt immers regelmatig dat prachtige locaties vernield of ‘getrashed’ worden van zodra ze uitlekken.

Onze tweede fout was denken dat de urbexers die er al foto’s van gepost hebben ons wel het adres zouden willen bezorgen als we het vriendelijk zouden vragen. En dus heb ik alle urbexers die de afgelopen jaren foto’s van Chateau Wolfenstein gepost hebben proberen te contacteren. Ik heb berichtjes achtergelaten in het Nederlands, Frans en Engels in de hoop dat iemand zou reageren. En dat hebben ze ook gedaan, maar één na één lieten ze weten dat het in het urbexmilieu absoluut not done is om adressen te vragen. Ik heb wel een hele hoop aanwijzingen gekregen, zoals ‘als je goed naar mijn foto’s kijkt dan zal je zien dat het in een groen gebied ligt’.

Wie wil urbexen moet met andere woorden zeer goed kunnen researchen. In de foto’s en in de razend interessante teksten die de unieke verhalen van de gebouwen vertellen zitten aanwijzingen verborgen. Als je al die aanwijzingen bij elkaar legt en je daar verder mee zoekt, zou je de locatie uiteindelijk zelf moeten kunnen ontdekken. Mijns inziens heeft het iets van een moordzaak oplossen – in vergelijking met dit speurwerk is Cluedo kinderspel.
Van zodra je een vermoeden hebt, kan je dit bevestigen door op Google Street View naar je locatie te gaan en er ook satellietbeelden van te bekijken. In ons geval hebben we even gedacht dat Chateau Wolfenstein een vervallen ziekenhuis in het centrum van Luik was, maar nader onderzoek bracht ons op een ander spoor. Uiteindelijk bleek dat het zowel in Luik, in een van de gehuchten rond Luik als in Bastogne zou kunnen liggen. Op geen van de satellietbeelden van vermoedelijke locaties hebben we het kasteel gevonden.
De derde fout: er met een grote groep naartoe willen gaan. Naar gewoonte heb ik alle jongeren van Project Wolf uitgenodigd, want meer zielen is meer vreugd. Maar in de urbexwereld blijkt het omgekeerde waar. Een van de meer ervaren urbexers onder de ‘wolven’ vertelde me dat je beter met zo weinig mogelijk mensen de locaties bezoekt. Des te meer bezoekers, des te groter de kans dat er dingen stukgemaakt worden en des te harder vervallen ook de gebouwen – die vaak al vreselijk slecht onderhouden zijn. Met 15 jongeren op een ouderwetse trap of verdieping staan, dat lijkt me inderdaad om problemen vragen. Praktisch gezien is het eveneens interessanter om er zo weinig mogelijk mensen bij te betrekken, want het locaties opsporen en beslissen waar je naartoe gaat verloopt zo flink wat efficiënter.

En tot slot, fout nummer vier: ervan uitgaan dat die gebouwen er nog allemaal zijn. Het frustrerende is dat ik pas na zeer lang zoeken besefte dat ik die fout gemaakt heb. Ik had – na de zoektocht naar Chateau Wolfenstein op te geven – een lijst aangelegd met coördinaten van verlaten kastelen en andere spectaculaire locaties, om vervolgens te ontdekken dat die vrijwel allemaal niet meer toegankelijk zijn. In het beste en gelukkig ook meest voorkomende geval zijn de locaties gerestaureerd en opnieuw in gebruik. In het slechtste geval zijn ze volledig getrashed, gesloopt of ingestort.
Ben je op zoek naar een urbexlocatie, doe jezelf dan een plezier en kijk grondig na of de locatie nog wel toegankelijk is. Dubbelcheck je bron, want niet zelden kom je conflicterende info tegen. Zo heb ik bijvoorbeeld gelezen dat Chateau Wolfenstein getrashed zou zijn, maar enkele weken later liet iemand die het de afgelopen maanden nog bezocht heeft weten dat dit niet het geval is.
Update 10/2018: We hebben Chateau Wolfenstein intussen bezocht. Lees het verslag en check de foto’s.
Meer urbex-verslagjes:
– Power Plant IM: survivalparcours voor urbexers in verlaten koeltoren
– 7 wtf-momenten in Sanatorium du Basil
– Doel: van urbex ‘spookdorp’ tot Wilde Westen
– Chateau Wolfenstein: blik in wat urbex walhalla was
– Op ontdekking in een openluchtzwembad, Chateau Hogemeyer en een kaarsenfabriek
– Urbex’end roadtrippen in Frankrijk: de mooiste foto’s
– 50 jaar na de Winterspelen: op zoek naar verdwenen olympisch Grenoble
Zo moeilijk is het nu ook weer niet als je weet dat het in 1931 is gebouwd door ene Louis Empain, die het in 1936 particulier verkocht aan de familie Labri en die het in 1950 van de hand deed aan een Belgische stichting. Hint… zoek Franstalige Wikipedia af 😉 Wat ik me nog wel afvraag trouwens is waarom het de bijnaam “Wolfenstein” heeft gekregen…
LikeLike
Je reactie heeft me geholpen om het te vinden, waarvoor dank! 🙂 Ik heb intussen ontdekt dat het de naam ‘Wolfenstein’ meekreeg omdat die imposante lunchruimte nogal lijkt op die uit een videogame dat ‘Wolfenstein’ heet. Het wordt ook wel Chateau Martha Marek genoemd trouwens, maar wat die link is weet ik ook niet zeker. Misschien het interbellum? Bij de derde bijnaam, Chateau de la Guerre, is het alleszins wel duidelijk.
LikeLike
De ‘Martha Marek’ betekent eigenlijk niets in relatie tot dit chateau. De naam is in feite alleen in omloop onder Franse urbexers. Hij werd bedacht door een Frans urbex-team (urbexsession), dat aan al hun locaties de namen van beroemde seriemoordenaars geeft. Martha Marek was een Oostenrijkse seriemoordenares.
LikeLike
Ik keek een youtube filmpje waarbij hij de ingang filmde waarop de originele naam op stond van de locatie typte het in op google en ja hoor dat was m gisteren geweest echt een top locatie
LikeLike
Ik heb het ondertussen gevonden, zijn sinds ik dat artikel publiceerde nog een aantal artikels over online gekomen en die waren vrij duidelijk. Als alles goed gaat, staat hier binnenkort een verslag over de ontdekking.
LikeLike
Prachtig geschreven! Wolfenstein blijft een van de mooiste locaties ooit bezocht!
Als je interesse hebt in nog meer mooie kastelen neem gerust contact met me op, ik heb er genoeg en ben best genegen om met je te ruilen! Je hebt echt een super leuke en fijne schrijfstijl
Groeten Michelle
LikeGeliked door 1 persoon
Ontzettend bedankt voor je fijne reactie! Zeer motiverend. 😊 De blog ligt even stil omwille van corona, maar zodra we nieuwe plannen maken, zal ik het voorstellen aan mijn vrienden. Dankjewel!
LikeLike